Financiering
Taken en beleid treasuryfunctie
De treasury functie bestaat uit financiering, cashmanagement en rente risicobeheer. Doel is de organisatie te voorzien in de behoefte aan vreemd vermogen tegen zo laag mogelijke kosten en te beschermen tegen ongewenste financiële risico’s. Het financieringsbeleid van de Gemeente Breda stelt dat we binnen de wet Financiering Decentrale Overheden (kasgeldlimiet en renterisiconorm) bij een normale rentestructuur maximaal financieringsmiddelen met een korte looptijd aan kunnen trekken. In normale marktverhoudingen geldt: hoe korter de looptijd, des te lager de te betalen rente. De kasgeldlimiet beperkt het renterisico op de netto vlottende schuld. De renterisico norm beperkt het renterisico op de vaste schuld.
Sturingsvariabelen bij de uitvoering van het financieringsbeleid zijn het gemiddeld rentepercentage van het vreemd vermogen, het renterisico, het renteresultaat en de omslagrente. Het gaat om grote volumes, forse bedragen aan rente en aflossingen en omvangrijke geldstromen.
Renteontwikkelingen in 2018
De Europese Centrale Bank (ECB) heeft de afgelopen jaren op grote schaal schuldtitels en overheidsobligaties gekocht. Onder invloed van deze maandelijkse aankopen daalde de lange rente. Ook in 2018 is de lange rente laag gebleven.
Ook de korte rente is door de ECB laag gehouden. Dit bewerkstelligt de ECB door de herfinancieringsrente en ook de depositorente laag te houden. De depositorente is sinds 16 maart 2016 vastgesteld op -0,4%.
Financieringsbeleid
In 2018 is wederom maximaal kort gefinancierd via hoofdzakelijk 1-maands kasgeldleningen, binnen de kaders van de kasgeldlimiet. De rentetarieven lagen tussen de 0,32% - 0,46% negatief. Gemiddeld is € 74 miljoen aan kortlopende leningen aangetrokken tegen -0,40% rente. De financieringslasten waren ongeveer € 300.000 negatief!
In 2018 is een bedrag van € 115 miljoen aan langlopende leningen aangetrokken. 60 miljoen is aangetrokken met een looptijd van 1 jaar. Ook hierbij lagen de tarieven onder 0% (-0,34%). Daarnaast is nog € 55 miljoen aangetrokken met een looptijd van 10 jaar (0,6%). In 2018 is in totaal ruim € 80 miljoen afgelost.
Onderstaand overzicht geeft de ontwikkeling van de opgenomen en uitgegeven geldleningen weer.
Portefeuille langlopende leningen | Restant hoofdsom | Restant hoofdsom | Mutatie | Gemiddelde |
( > 1 jaar) | per 1 jan 2018 | per 31 dec 2018 | rente | |
opgenomen leningen tbv Gem. Breda | 323.997.473,71 | 357.669.872,08 | 33.672.398,37 | 2,35% |
opgenomen leningen tbv woningbouw | 69.467.732,27 | 66.658.644,39 | -2.809.087,88 | 3,55% |
totaal opgenomen leningen | 393.465.205,98 | 424.328.516,47 | 30.863.310,49 | |
uitgegeven leningen derden | 100.100.528,01 | 96.813.877,05 | -3.286.650,96 | 3,99% |
uitgegeven leningen tbv woningbouw | 74.385.479,14 | 70.882.896,06 | -3.502.583,08 | 3,55% |
totaal uitgegeven leningen | 174.486.007,15 | 167.696.773,11 | -6.789.234,04 | |
portefeuille kortlopende leningen | ||||
( < 1 jaar) | ||||
totaal opgenomen kasgeldleningen | 55.000.000,00 | 40.000.000,00 | -15.000.000,00 | -0,40% |
Verstrekte geldleningen en garanties
Er zijn in 2018 drie garanties verstrekt aan sportverenigingen. Aan de Mixed Hockey Club Teteringen is een garantie (€ 85.000) verstrekt voor de financiering van een kunstgras waterveld. Aan de hockey club Zwart Wit is een garantie (€ 100.000) verleend voor de financiering van een kunstgras waterveld. Aan de Teteringse Tennisvereniging is een garantie verleend (€ 16.500) voor de aanleg van 2 padelbanen.
Renterisicobeheer
In de wet Financiering Decentrale Overheden (wet FIDO) staan normen om het renterisico te beperken. Dit gebeurt door de omvang van kortlopende schuld (< 1 jaar) te beperken (kasgeldlimiet) en door jaarlijkse aflossing op de vaste schuld te maximaliseren (renterisiconorm). De normen voor het renterisicobeheer, de kasgeldlimiet en de renterisiconorm, zijn niet overschreden.
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet, 8,5% van de begroting (€ 654 miljoen), is over 2018 € 55 miljoen. De kasgeldlimiet is in de eerste 2 kwartalen fors overschreden. Dit gebeurt jaarlijks en wordt veroorzaakt doordat in het 1e kwartaal veel subsidies worden uitgekeerd. De inkomsten van de gemeente komen min of meer gelijkmatig door het hele jaar heen binnen. De behoefte aan liquiditeit is daarom in de eerste 2 kwartalen hoger dan in de 2e helft van het jaar. In het 3e kwartaal ligt de kortlopende schuld weer onder de kasgeldlimiet. Het is niet toegestaan de kasgeldlimiet 3 kwartalen op rij te overschrijden. Het gemiddeld opgenomen bedrag aan kortlopende financiering was in 2018 € 74 miljoen.
Renterisiconorm
De renterisiconorm is een bedrag ter grootte van 20% van de begrotingsomvang in het betreffende jaar (€ 654 miljoen). De renterisiconorm bedraagt in 2018 € 131 miljoen. Van de langlopende schuld mag maximaal dat bedrag aan een renteherziening onderhevig zijn (renteherzieningen en herfinanciering). Het bedrag aan herfinanciering en renteherzieningen bedroeg ruim € 80 miljoen en blijft daarmee ruim binnen de norm.
Schatkistbankieren
Sinds eind 2013 is schatkistbankieren verplicht voor decentrale overheden. Gemeenten hebben een rekening courant verhouding met het Rijk om overtollig geld te stallen. Om het cashmanagement niet te verstoren heeft het Rijk middelen uitgezonderd door invoeren van een drempelbedrag van 0,75% van de begroting (tot € 500 miljoen) plus 0,2%van het meerdere. De drempelwaarde van Breda is in 2018 € 4 miljoen bij een begrotingstotaal van € 654 miljoen. Aangezien Breda geen structureel overtollig geld heeft maken we beperkt gebruik van de rekening courant verhouding met het Rijk. Gedurende het gehele jaar is voldaan aan de vereisten van het schatkistbankieren.
Treasuryresultaat
Het gerealiseerde treasury resultaat over 2018 komt uit op € 1,45 miljoen, Dit is ruim € 1,2 miljoen hoger dan bij de begroting 2018.
Onderstaand schema geeft de rentetoerekening in de gemeentelijke begroting
Begroting | Begroting | Jaarrekening | ||
Externe rentelasten en -baten 2018 | rente % | Bedrag | Bedrag | |
rente vaste schulden: OG-gemeente | 3,34% | € 7.954.000 | € 7.954.000 | |
rente vaste schulden: OG-woningbouw | 3,55% | € 2.415.000 | € 2.414.674 | |
rente nieuwe langlopende financiering | 1,00% | € 455.000 | € 118.312 | |
rente nieuwe kortlopende schulden | -0,30% | € -150.000 | € -329.838 | |
overige financieringslasten (saldo) | € -33.000 | € 179.832 | ||
Totaal externe rentelasten | € 10.641.000 | € 10.336.980 | ||
externe rentebaten UG/gemeente | 3,56% | € 3.509.000 | € 4.076.253 | |
externe rentebaten UG/woningbouw | 3,55% | € 2.578.000 | € 2.414.859 | |
Totaal externe rentebaten | € 6.087.000 | € 6.491.112 | ||
Saldo externe rentelasten minus -baten | € 4.554.000 | € 3.845.868 | ||
Bespaarde rente over eigen vermogen | € 4.573.000 | € 4.322.885 | ||
Totaal toe te rekenen rentelast | € 9.127.000 | € 8.168.753 | ||
toe te rekenen aan grondexploitaties | 2,21% | € 868.000 | € 629.735 | |
resteert toe te rekenen aan taakvelden (vaste activa) | 1,95% | € 8.259.000 | ||
Verschil | ||||
de toegerekende rente aan taakvelden via renteomslag ad | 2,00% | € 8.463.000 | € 8.989.015 | € 526.015 |
Resultaat Treasury | € 204.000 | € 1.449.997 | € 1.245.997 |
Het hoger treasury resultaat komt met name door lagere rentelasten van de in 2018 aangetrokken kort- en langlopende financieringsmiddelen. De verwachte lichte rentestijging op zowel de geldmarkt als op de kapitaalmarkt is in 2018 uitgebleven.
Daarnaast is nog een lening verstrekt aan BreedSaam (medio 2017) in het kader van de doordecentralisatie van de onderwijshuisvestingsgelden die niet bij de begroting 2018 was opgenomen. Daardoor zijn externe rentebaten hoger dan bij de begrotingsopstelling was geraamd.